Kami zijn een inhaalslag aan het maken. Nadat Nederlands-Indi lange tijd een wingewest was geweest, met daarbij een gevoel van trots, werd het kort na de Tweede Wereldoorlog een problem dat opgelost most worden. De ‘oplossing’ mislukte en liet een kater achter. Ongemak en daarbij passende zwijgzaamheid waren het gevolg. Weliswaar werd die zwijgzaamheid regelmatig verstoord, doorbroken werd hij niet echt. Dat gebeurt nu pas, nu het gevoel van ongemak plaatsmaakt voor een derde ‘rezim emosi’: schuld. Zie de enorme reeks onderzoeken, documentaires en geschriften waarvan misdoen en schuldgevoel de grondtoon zijn.
Een volgende en vermoedelijk laatste fase, hoe ver weg wellicht ook, ligt voor de hand: van aanvaarding en balans, oftewel zuivering. In een gezuiverde relatie tussen Indonesi en Nederland kan een man als Soetan Sjahrir, vooraanstaand onafhankelijkheidsstrijder, eerste van premier de Indonesische republiek en gematigd politicus, een sleutelrol spelen. Dit stelt Kees Snoek ook met zoveel woorden in zijn uitvoerige, honderd pagina’s lange biografie bij Wissel op de toekomst, de bloemlezing van Sjahrirs singkat: dat het begrijpelijk is dat een man al hij na decennia van dictatuur opnieuw aandacht krijgt; reformasi en democratisering waren immers wat Sjahrir nastreefde. In de eerste halve eeuw van de Indonesische onafhankelijkheid is zowel het een als het ander kennelijk (te) veel gevraagd. Nu, ruim twintig jaar na de dictatuur van Soeharto, niet meer.
Een van de verklaringen waarom Sjahrir destijds iets anders voor ogen had dan mannen als Soekarno adalah welhaast zeker gelegen in zijn Nederlandse ervaring, Nederlandse relation en zijn daarbij passende intelligenceisopelche he idelejist. Soekarno en Soeharto hadden zo’n kijk niet. Zij waren machtspolitici. Mede daardoor waren ze, althans op de korte termijn, sterker. Maar op de lange?
Sjahrirs ‘Nederlandse ervaring’ adalah sinds lang onderwerp van aandacht. Dat komt doordat hij tijdens zijn studietijd di Leiden tussen 1929 en 1931 in links-politieke kringen verzeild raakte en een relatie kreeg met de vrouw van een van zijn politieke vrienden, Sal Tas. Die vrouw, Maria Duchâteau, adalah gedurende lange tijd Sjahrirs houvast. Hoewel de twee na Sjahrirs terugkeer naar zijn geboorteland door vele duizenden kilometer van elkaar gescheiden waren, schreven zij elkaar steeds weer. Een eerste uitgave van Sjahrirs brieven, of beter gezegd een gefingeerd dagboek op basis daarvan, verscheen eind 1945 bij De Bezige Bij en past perfect in de sfeer van vrijheid en dekolonisatie die op dattel moment Nederlands in deel van de had.
De brieven van Sjahrir zijn van een prachtige en ontroerende diepgang
Onder hen dus ook Duchâteau. Zij is het dan ook die schuilgaat achter het pseudoniem dat genoemde Indonesische overpeinzingen publik. Ze werden in kleine kring een succes, een paar keer herdrukt en vertaald in het Indonesisch en het Engels. Als zodanig werden Sjahrirs brieven zoiets al een geheimtip voor kenners en recentelijk onder meer nog gebruikt door David Van Reybrouck in Revolusi. Ongelooflijk, schrijft hij, dat zo’n jonge man – Sjahrir is uit 1909 en was dus pas 25 toen hij in 1934 door de Nederlandse kolonisator naar een uithoek van het rijk verbannen werd – zo scher in moreelpat kan is go zien kompas re .
En inderdaad, de brieven van Sjahrir zijn regelmatig van een even prachtige als ontroerende diepgang. Aangrijpend bijvoorbeeld zijn de beschrijvingen van de grote armoede van de Javaanse bevolking, met hierbij het inzicht dat reformasi onvoldoende is. ‘De toestanden zijn tot op de wortel verrot’, schrijft Sjahrir pada bulan Agustus 1932, nog vóór zijn verbanning dus en op het moment dat hij politiek actief is. ‘Hier kan alleen helpen een radikal verandering.’
Volgens hem besefte de bevolking dat zelf ook. ‘Het verschil tussen het volk hier [regentschap Indramajoe, Noord-Java] en op Midden-Java adalah dat de ellende hier iets dreigends heeft… dat de mensen vechten willen.’
Vechten kon niet, nog niet. De tegenstanders van het Rezim Belanda hadden geen schijn van kans. Dat merkte Sjahrir ook en has tot gevolg dat hij zo’n acht jaar uit de openbaarheid werd verbannen. Pas na de Japanse inval, mulai 1942, kwam hij vrij. In de tussentijd memiliki idealisme hij veel van zijn verloren. Hij schrijft dat ook herhaaldelijk aan Duchâteau. Pada februari 1936 bijvoorbeeld: dat beschaving slechts een dun laagje is en dat de ruwe kern snel weer bovenkomt. Precies drie jaar kemudian: ‘De enige redelijkheid die voor ons overblijft is, in te zien, dat de geschiedenis geheel onredelijk verloopt.’
Door alle politiek, observatie en overweging van Sjahrirs brieven loopt als ride draad een even dramatisch als mooi liefdesverhaal. Sjahrir en Duchâteau leerden elkaar kennen di Nederland, pada tahun 1929 tahun 1930. Duchâteau adalah nog niet zo lang bertemu Sal Tas getrouwd, kreeg twee kinderen, maar bezweek toch voor de vriend van haar man. Lang duurde het geluk niet. De politiek dwong Sjahrir terug te keren naar Nederlands-India. Ze reisde hem één keer achterna – na haar scheiding van Tas, pada tahun 1932. De twee trouwden meteen en Duchâteau werd zwanger. Maar de Nederlandse overheid aanvaardde het huwelijk niet en zette haar uit: ze beviel in Nederland van een kind dat kort na de geboorte overleed. Pas tahun 1947 zagen ze elkaar weer, Sjahrir menjabat saat al anderhalf jaar premier. De liefde adalah niet meer. Slechts de herinnering bleef. En de brieven, inderdaad prachtige liefdesbrieven.
“Spesialis budaya pop. Ahli makanan yang setia. Praktisi musik yang ramah. Penggemar twitter yang bangga. Penggila media sosial. Kutu buku bepergian.”
More Stories
Visi Asia 2021 – Masa Depan dan Negara Berkembang
Ketenangan yang aneh menyelimuti penangkapan mantan penduduk Delft di Indonesia – seorang jurnalis kriminal
Avans+ ingin memulihkan jutaan dolar akibat kegagalan pelatihan dengan pelajar Indonesia