Van 19 januari tot en met 6 februari 2022 wordt in Nederland het UEFA Europees Kampioenschap Futsal 2022 gehouden Futsal mythen Voetbalzone vertelt de verhalen achter de deelnemers aan dit Europese toernooi. In deze tweede editie spraken internationaal platenspeler Jamal El Ghannouti en de Nederlandse coach Max Jaden over de oorsprong van hun passie voor hun sport en de mogelijkheden die het Oranje Futsal Team biedt. Het verhaal van twee enthousiastelingen die door de arena’s naar de nationale top gingen en misschien net aan de vooravond van hun laatste grote internationale toernooi stonden.
door Tim Clean
In een zaal op de KNVB-campus in Zest begint Jamal El Ghannouti lachend over zaalvoetbal te praten. Als jonge speler speelde hij rechtsback en rechtsback bij Spartaan’20, de club waar ook spelers als Bruno Martins Indi en Denzel Dumfries trainden. Daarna ging Ghannouti naar de zaterdagamateurs uit Hergansdam en combineerde dat met zaalvoetbal. Het bleek dat hij het zaalvoetbal perfect onder de knie had en dus kon rekenen op een uitnodiging voor de nationale ploeg. Het blijkt dat zijn keuze om voetbal voor flop te ruilen gemakkelijk was. Nadat Ghannotti het volkslied hoorde en voor het eerst in een oranje shirt speelde, wilde hij niet anders meer. In Nederland betekent dit de mooiste deeltijdsportcarrière. In de Nederlandse Futsal League wordt twee keer per week ‘s avonds getraind en is bijna elke speler overdag bezig met werken of studeren. Naast pleitbezorger is Ghannouti projectleider NOC*NSF in de divisie Sports Engagement, waar hij zich inzet om sport voor iedereen mogelijk te maken.
Voor internationale records was vooral sport belangrijk. Hij groeide op in een gezin met acht kinderen in Helslus, een achterstandswijk in Rotterdam. In een interview met Voetbalzone prees hij zijn opvoeding: “Mijn ouders vertelden me dat Nederland een land is met veel kansen. Als je je best doet, kun je hier alles bereiken, maar veel jongens in de buurt zijn uitgegleden. Mijn familie, vrienden, liefde voor voetbal en geloof in God hebben me op het goede pad gezet.”
De voormalig Futsal-aanvoerder van Oranje heeft veel hoogtepunten in zijn carrière gezien. Hij scoorde ooit vijf doelpunten in een interland tegen Andorra, speelde in 2014 op het EK van 2014, werd geridderd door de KNVB en werd een internationaal record met 155 interlands tot nu toe. “Ik ben heel dankbaar en trots. Ik heb in mijn zeventien jaar bij Oranje drie bondscoaches mogen ervaren. Ze hebben me veel vertrouwen gegeven. Ik heb altijd heel hard getraind, fit en gefocust gehouden. Naast trainingen met de ploeg “Ik heb in mijn dagelijks leven ook veel gedaan voor voetballounges en ik moest het opgeven. Als andere mensen ‘s avonds op de bank Netflix aan het kijken waren, ging ik hardlopen in de regen. Als ik geblesseerd zou raken ,,Ik had mijn fysicus al aan de telefoon in de auto als ik kon binnenkomen, en als ik thuiskwam, zou ik in de vriezer kijken naar zakken ijs. Alles om het herstel te versnellen. Hoewel ik als amateur sport, Ik leef ervoor als een pro.”
De 38-jarige Rotterdammer doet waarschijnlijk mee aan zijn laatste grote toernooi. Hij heeft veel nagedacht over zijn naderende pensionering vorig jaar: “Ik wil herinnerd worden als een voorbeeld voor iedereen die droomt. Ik had nooit durven dromen dat ik een internationaal record zou worden. Ik ben eigenlijk maar een simpele speler en ik hoop om iets achter te laten voor kinderen in achterstandswijken. Want als ik met hard werken de top kan bereiken, kan iedereen dat. Dat wil ik doorgeven aan anderen.”
Waar Nederland volgens Ghannouti veel profijt van zal hebben op het komende EK is Max Tajden, de bondscoach van de nationale ploeg. De coach is tactisch onderlegd, analyseert tegenstanders tot in de puntjes en heeft altijd een plan klaar. Als speler voetbalde Tjaden in het ToNeGiDo Stadion, op het hoogste amateurniveau. Als jongen van Indonesische afkomst speelde hij veel op straat in de burgerwijk Morgensund in Den Haag, waar hij door zijn ouders met grote discipline werd opgevoed. In de lounge ging alles goed: Tjaden werd international en speelde voor FC Marlène.
Na zijn actieve carrière als zaalvoetballer werd Tajden een coach waar hij altijd al heeft gezeten. “Ik herinner het me nog goed. We hadden wiskunde in de zesde klas. Ik zei toen: ik wil net als juffrouw Jenny zijn. Geen vrouw, maar gymleraar!” lacht hij weer. “Ik wist dat dat mijn ding was en ik was er goed in. Tijdens mijn loopbaan heb ik al veel cursussen bij de KNVB gevolgd. Zo ben ik automatisch de trainerscarrière ingegaan. Toen ik in 2008 vertrok als speler, zei ik: op een dag Ik wil bondscoach worden.
Tajaden begon fanatiek te coachen en keerde wederom terug in het Nederlands Elftal, dit keer als assistent-coach onder Marcel Loesfeld. Na het EK van 2014 nam hij een pauze om zich verder te ontwikkelen als coach van de club. Nadat het contract van Loosveld afliep, koos de KNVB Tjaden als opvolger en kwam eindelijk zijn langverwachte droom uit. In tegenstelling tot zijn spelers is Tjaden fulltime bezig met zaalvoetbal. Zijn contract loopt tot 2022 en hij weet nog niet of hij die gaat verlengen: “Ik weet nog niet of het goed is voor mij en de spelers als ik bondscoach blijf.” Toen hem werd gevraagd naar een mogelijke volgende stap, zei hij: “Ik ga er op korte termijn niet aan werken en ik zal me natuurlijk eerst focussen op het EK. Het zou voor mij geweldig zijn om bondscoach te worden voor een ander land.” Een echt zaalvoetballand als Indonesië zou me aanspreken. Dit is echter niet een stap die ik zou nemen.” Het gaat heel snel. Mijn vrouw is een succesvolle zakenvrouw en ik blijf bij haar en niet bij mij, als je begrijpt wat ik bedoel. “
Sinds hij bondscoach is, heeft Tjaden onder meer bijgedragen aan de nieuwe opzet van de competitie. De Eredivisie is nu een competitie met 16 divisies, wat betekent dat de 16 deelnemende teams worden verdeeld als de helft van de wedstrijden is gespeeld. In de tweede fase strijden de bovenste acht teams en de onderste acht teams tegen elkaar. Dit komt volgens de coach de spanning en het niveau ten goede. In 2014 beschreef hij zichzelf in een interview met RTV Rijnmond als een “mini-mini-mini” Louis van Gaal: “Net als ik deed hij ALO, daar krijg je een heel brede opleiding. Hij betrekt iedereen, bereidt alles voor op de laatste detail en laat niets aan het toeval over.”.
Dit effect zie je ook terug in de voorbereidingen voor het EK. Het Nederlands elftal trainde tegen Argentinië, Portugal, België, Duitsland en Frankrijk in hetzelfde snelle stadion, dat in januari in de groepsfase verreden wordt. Zelfs de officiële bal voor het EK werd gebruikt, alles om het toernooi eerder te starten dan de deelnemers. Volgens Tjaden kan de ploeg zich meten met de Europese top, al wijst Ghannouti nog wel op de trainingsachterstand: “Spelers uit andere landen mogen zes keer per week trainen. Dat kunnen wij niet, we moeten constant wisselen tussen uitstekende sport en werk.” Als de spelers in Nederland zich volledig kunnen focussen op zaalvoetbal, dan behoren we misschien structureel tot de top van Europees en mondiaal.”
Nederland werd geplaatst in een zeer zware poule voor het EK. Het staat momenteel 19e op de Europese ranglijst, terwijl al zijn tegenstanders in de top tien staan. Portugal (3) zijn de regerend Europees kampioen, Oekraïne (10) en Servië (6) zijn ook de favorieten op basis van het klassement. De Orange Lions zullen er alles aan doen om te overleven in de groepsfase. Portugal is meestal erg sterk en als er niets geks gebeurt, zal het de eerste plaats innemen. De strijd zal zijn met Oekraïne en Servië om de tweede plaats. Ondanks dat Nederland de underdog is, vertrouwt de coach zijn spelers: “Op het EK hoeft niemand meer te motiveren. Mijn kinderen gaan als brandweermannen, pas op!”
More Stories
Banyak uang yang dihabiskan untuk olahraga dan hobi
Bulu tangkis adalah sesuatu yang sakral di Indonesia
Reaksi beragam terhadap laporan dekolonisasi di Indonesia